Op deze pagina geven wij meer achtergrond informatie over jouw sportmedisch onderzoek.
Het sportmedisch onderzoek wordt vaak (deels) vergoed in het aanvullend pakket van de zorgverzekering (zie: www.sportzorg.nl). De kosten van het sportmedisch onderzoek dient u eerst zelf te betalen en daarna te declareren bij uw zorgverzekeraar.
Overgewicht verhoogt het risico op een hartinfarct, hersenbloeding, suikerziekte, dikke darm/borst/baarmoeder/prostaat kanker, galstenen, trombose, hoge bloeddruk en gewrichtsslijtage (artrose). Vooral een te grote buikomtrek verhoogt het risico. De BMI is een minder geschikte maat om dit risico in te schatten omdat er geen rekening wordt gehouden met de verhouding tussen vet en spieren; de buikomtrek en vetpercentage zijn daarom een betere maat. In het verslag staat het normale gewicht vermeld, dit zijn de ondergrens en bovengrens waar gezondheidsproblemen optreden. Het adviesgewicht is het laagst mogelijke gewicht waarbij er nog geen nadeel is bij het opbouwen van de conditie en voldoende weerstand.
Hoge bloeddruk (hypertensie) verhoogt het risico op hart- en vaatziekten Lage bloeddruk kan geen kwaad maar kan soms duizeligheidsklachten veroorzaken. Bij inspanning of stress is de bovendruk hoog en de onderdruk laag.
Longfunctie
Het totaal longvolume (FVC) is afhankelijk van de lichaamslengte, de breedte van de borstkas, geslacht en leeftijd, deze waarde is niet prestatie bepalend. Dit wordt gebruikt om astma en COPD op sporen, bij lage waarden kan er sprake zijn van astma of COPD.
Voor sport in wedstrijdverband en autorijden is een minimaal zicht van 1,0 voor één of beide ogen nodig. Een oogtest is alleen nodig bij een verplicht sportmedisch onderzoek.
Hemoglobine zit in rode bloedcellen en vervoert zuurstof in het bloed. Een lage waarde vermindert de inspanningscapaciteit en is meestal het gevolg van ijzertekort, vitamine B12 tekort, foliumzuur tekort of bloedverlies (bv. maagontsteking, blaasinfectie, hevige menstruatie), of verdunning. Verdunning komt ook voor bij sporters door stapeling van extra vocht in de bloedbaan (als bescherming tegen uitdroging). Een te hoog hemoglobine kan het gevolg zijn van roken, longaandoeningen of uitdroging. Het hematocriet is het aantal rode bloedcellen als fractie van het totaal en is dus ongeveer hetzelfde als hemoglobine.
Een hoog suiker in het bloed duidt op suikerziekte. Een te lage waarde noemt men hypoglycemie en is ook een uiting van een verstoorde stofwisseling. Dit is nuchter het meest betrouwbaar te meten.
Cholesterol stijgt langzaam met de leeftijd. Bij een verhoogde waarde wordt ook het HDL- en LDL-cholesterol gemeten. HDL-cholesterol is het “goede” cholesterol en LDL het “slechte” cholesterol. Hoe hoger het HDL-cholesterol en hoe lager het LDL-cholesterol: hoe lager het risico op hart- en vaatziekten. Een cholesterolverlagend dieet bestaat uit beperking van vet inname, dierlijke (vaste) vetten proberen te vervangen door plantaardige (vloeibaar) vetten en vis.
De urine kan worden onderzocht op de aanwezigheid van suiker, bloed en eiwit. Sporen (kleine hoeveelheden) van eiwit en bloed in de urine zijn normaal (meestal t.g.v. inspanning of weinig drinken). Wij doen slechts in uitzonderingsgevallen een urine onderzoek, standaard doen wij een bloedonderzoek.
Het ECG is de meting van de zenuwen van het hart. Met een rust-ECG kunnen aangeboren hartafwijkingen worden opgespoord. Tijdens inspanning kan zuurstoftekort van het hart of ritmestoornis worden aangetoond. Extra slagen komen vaak voor en zijn onschuldig. Als het ECG goed is dan is de kans minder groot dat er een hartprobleem bestaat, maar er is geen zekerheid dat een hartprobleem uitgesloten is.
Dit is het maximaal wattage tijdens een fietstest (en snelheid tijdens een loopbandtest). Je maximaal vermogen is niet je duurvermogen, je kan het immers niet lang volhouden. Het geeft wel aan wat het potentieel is voor het komende seizoen. Met goede training is het mogelijk om je omslagpunt te verplaatsen naar 80-85% van dit maximaal vermogen. Een lange zware sporter kan meer vermogen leveren dan een kleine lichte sporter, vandaar dat het vermogen ook per kg lichaamsgewicht vermeld. Uiteraard is dit ook belangrijk voor bv. hardlopen of bergop fietsen. 746 watt = 1 paardenkracht.
De hartslag op het einde van de test is de maximale hartslag. Dit is gemiddeld 220-de leeftijd (fietsen, hardlopen: 210-leeftijd) maar ook heel vaak hoger of lager. Dit zegt niets over de conditie of gezondheid. Het is wel belangrijk om echt te meten wat de maximale hartslag (en het omslagpunt) is om de hartslagzones correct te kunnen bepalen. Bij een looptest is het vaak niet mogelijk om helemaal maximaal in te spannen op de loopband, de maximale hartslag buiten is vaak nog 5 slagen hoger.
Bij het verslag sturen we de testresultaten als bijlage mee. Aangezien de apparatuur zoveel mogelijk automatisch staat ingesteld, worden de standaardwaarden gebruikt (man, 70 kg, 1,80 m), dit is geen probleem omdat alle berekeningen in andere software wordt gedaan.
De VO2 is de hoeveelheid zuurstof die het lichaam opneemt via de longen, naar het bloed en vervolgens naar de spieren. De VO2 aan het einde van de test is de VO2max. Hoe beter de conditie hoe hoger de VO2max en het fietsvermogen.
Het maximale vermogen kun je 1 minuut volhouden. Het omslagpunt is het niveau dat je nog net 1-1,5 uur kan volhouden en dus belangrijk voor de meeste sporten. Bij een hogere hartslag stapelt de verzuring zich op. Een goed getrainde sporter heeft een omslagpunt wat dicht bij het maximaal vermogen ligt. Het omslagpunt kan alleen worden gemeten met een VO2max meting. Wanner er geen VO2max meting is gedaan dan wordt het omslagpunt geschat.
De bewegingsefficiëntie is de verhouding tussen het “intern” geproduceerd vermogen (VO2) en het “extern” geleverd vermogen (watt), oftewel hoeveel zuurstof nodig is om 1 watt te leveren. De bewegingsefficiëntie is verlaagd bij ongetraindheid, een slechte fietsafstelling of houding, lage trapfrequentie, overgewicht of ziekte.
De RER waarde meet de verzuring (lactaat=melkzuur). Goed getrainde sporters kunnen diep in de verzuring gaan (RER >1,2).
Met een VO2max-meting kan de efficiëntie van de hart-, long- en spierarbeid worden gemeten daardoor is het mogelijk long, hart en spierproblemen op te sporen. Bv. De ademhalingsefficiëntie: het aantal liter lucht dat moet worden ingeademd om 1 liter zuurstof op te nemen (lager is beter) en de hartefficiëntie: het aantal ml zuurstof per hartslag (hoger is beter). Met de blaastest aan de start van de VO2max meting wordt de longcapaciteit bepaald. Tijdens de VO2max test wordt gemeten hoeveel hiervan nog beschikbaar is tijdens de inspanning (ademreserve).
De training zones voor hardlopen zijn hoger dan voor fietsen omdat je meer spieren gebruikt. De hartslagen tijdens bergop fietsen zijn vergelijkbaar met lopen.
De hartslag is van veel factoren afhankelijk en kan daardoor wisselen. Zoals is de hartslag hoger bij erg warm weer, weinig drinken, koud weer, cafeïne inname, ’s avonds in vergelijking met ‘s ochtends en inspanningen langer dan een uur door opwarming (met name bij hardlopen). De hartslag is lager als je 2 dagen achter elkaar traint. De hartslag is altijd hoger bij wedstrijden door het effect van adrenaline dit kan soms meer dan 10 slagen zijn. Dit is ook de reden waarom veel hardlopers ook op snelheid lopen en veel wielrenners een vermogensmeter gebruiken.
De uiteindelijke prestatie op de weg is niet zozeer afhankelijk van het piekvermogen maar van het 10 sec gemiddeld vermogen. Daarnaast heeft het frontale oppervlak tijdens de sprint bij deze hoge snelheden een grote invloed op de uiteindelijke snelheid. Baanrenners presteren in principe beter op een Wingate test omdat ze zich volledig kunnen toeleggen op sprinten, wegrenners hebben ook een goed duurvermogen nodig.
1 MET (metabole equivalent) is 1x het rustmetabolisme. Dit is 3,5 x het lichaamsgewicht (bv 3,5 x 75 kg = 262,5 ml/min.kg). Door de zuurstof opname op het omslagpunt door de MET te delen krijg je het MET getal. Dit maakt het makkelijk om de prestatie bij activiteiten van het dagelijks leven en werk te voorspellen.
Wil je deze gegevens als naslagwerk graag bewaren of printen? Download via onderstaande knop dan onze toelichting sportmedisch onderzoek.
Heb je vragen n.a.v. deze toelichting en jouw sportmedisch onderzoek? Neem dan hier contact met ons op!